Sigmoïdoscopie (darmonderzoek)

Voor de behandeling moet het laatste deel van uw darm schoon zijn. Dit gebeurt met een klysma: het inspuiten van laxeervloeistof in de darm.

Als het darmonderzoek wordt gedaan door een chirurg, doet u het klysma thuis, tenzij met u is afgesproken dat dit op het Scopiecentrum gebeurt. Voor een klysma thuis krijgt u laxeervloeistof op de polikliniek Chirurgie.

Als het darmonderzoek wordt gedaan door een mdl-arts of een internist, krijgt u het klysma op het Scopiecentrum.

• U brengt de laxeervloeistof ongeveer twee uur voor de behandeling in (eerder mag ook).
• Houd de fles met laxeervloeistof een tijdje in uw hand, totdat deze op lichaamstemperatuur is.
• Haal de dop van de fles.
• Ga op uw linkerzij liggen. Houd het onderste been gestrekt en buig het andere been.
• Breng de tuit van de fles voorzichtig in uw anus.
• Knijp in de fles, zodat er zoveel mogelijk laxeervloeistof in de anus komt.
• Trek de fles voorzichtig terug, terwijl u de fles ingedrukt houdt. Anders kan de vloeistof terugstromen in de fles. (Er blijft altijd een beetje vloeistof achter, dat is niet erg.)
• Blijf vijf tot tien minuten liggen, totdat u aandrang voelt om naar de wc te gaan.

Stoppen met bloedverdunners

Slikt u bloedverdunnende medicijnen? Dan geldt: 

• 3 dagen van tevoren stoppen met Sintrom (acenocoumarol), tenzij uw arts iets anders met u heeft afgesproken
• 5 dagen van tevoren stoppen met Marcoumar (fenprocoumon), tenzij uw arts iets anders met u heeft afgesproken
• in overleg met uw arts 24 uur van tevoren stoppen met DOAC: Rivaroxaban (Xarelto), Apixaban (Eliquis), Daibigratan (Pradaxa)
• met Clopidogrel (Plavix,Grepid) of Dipyridamol (Persantin) alléén stoppen in overleg met uw arts.

Uw arts bespreekt met u wanneer u weer kunt beginnen met innemen van bloedverdunners. Over het algemeen is dat zo snel mogelijk na het onderzoek.

Als u vragen hebt over het stoppen met bloedverdunners, neem dan contact op met uw huisarts of met de arts die het onderzoek heeft aangevraagd. 

Stoppen met ijzertabletten

Gebruikt u ijzertabletten? Stop hier dan 5 dagen voor het onderzoek mee. Door het ijzer krijgt u zwarte ontlasting, waardoor er zwarte aanslag op uw darmslijmvlies komt. Hierdoor is het voor uw arts moeilijker om de darm te bekijken.

Anticonceptiepil

Als u de pil gebruikt, houd er dan rekening mee dat de werking van de pil door het laxeren minder kan zijn. Daarom is het verstandig om tijdelijk naast de pil ook een ander voorbehoedsmiddel te gebruiken, zoals een condoom.

Extra onderbroek

Het is handig om een extra onderbroek bij u te hebben op de dag van het onderzoek.

Een klysma 

Als u een klysma krijgt op het Scopiecentrum, wilt u dan een kwartier voor het onderzoek aanwezig zijn? 

U krijgt een klysma om het laatste deel van uw darm schoon te maken. Een verpleegkundige brengt via uw anus een slangetje naar binnen en spuit daardoor laxeervloeistof in uw darm. Probeer de laxeervloeistof ongeveer tien minuten op te houden. Na een minuut of tien krijgt u aandrang om naar de wc te gaan.

Het onderzoek

Het onderzoek wordt gedaan door een arts samen met twee verpleegkundigen.

U kleedt zich van onderen uit en gaat daarna op uw linkerzij op een onderzoektafel liggen.

Via uw anus schuift de arts de endoscoop in uw dikke darm. Terwijl de arts de endoscoop door de darm beweegt, is op een beeldscherm precies te volgen hoe de darm er van binnen uitziet. Af en toe wordt wat lucht naar binnen geblazen.   

Door de bewegingen van de en­doscoop en de extra hoeveelheid lucht is het heel normaal als u winden moet laten. Niets dus om u voor te schamen.

Soms is het nodig een stukje uit de darmwand te halen (een biopt), om te laten onderzoeken op een laboratorium. U voelt hier vrijwel niets van. Als u een poliep hebt in uw darm, kan de arts deze tijdens het onderzoek weghalen. Soms worden er meerdere poliepen gevonden. In dat geval komt u hier nog een keer voor terug. 

Uitslag

Voordat u naar huis gaat, bespreekt de arts met u wat hij tijdens het onderzoek heeft gezien. 

Als er weefsel is weggenomen, krijgt uw (huis)arts na ongeveer een week de uitslag van het weefselonderzoek. Via uw (huis)arts wordt u vervolgens op de hoogte gebracht.

Naar huis

Na het gesprek met de arts kunt u naar huis. Het is wel verstandig om in het ziekenhuis nog even naar de wc te gaan. 

Na het onderzoek kunt u een paar dagen last hebben van winderigheid en darmkrampen. Ook kunt u na het weghalen van een poliep of een stukje weefsel een tijdje wat bloed in uw ontlasting hebben. Dat is normaal en gaat vanzelf over. U hoeft zich daar dus geen zorgen over te maken.

Contact bij complicaties

Een enkele keer komt het voor dat u na een sigmoïdoscopie te maken krijgt met:

• erge buikpijn
• een nabloeding
• koorts
• misselijkheid met braken 

Neem dan contact op met het ziekenhuis, zie 'Vragen?'.

U kunt uw vragen stellen via de BeterDichtbij-app.

De eerste 5 dagen nadat u thuis bent, kunt u met vragen over de opname of ingreep terecht bij het WZA. 

• Bij dringende vragen kunt u op werkdagen ook bellen met de polikliniek van de specialist die het onderzoek heeft uitgevoerd:
  - polikliniek Maag-darm-leverziekten, telefoon (0592) 32 54 57
  - polikliniek Chirurgie, telefoon (0592) 32 52 10
  - polikliniek Interne Geneeskunde, telefoon (0592) 32 51 55. 
• Hebt u een probleem of medische vraag die echt niet kan wachten en is de polikliniek niet bereikbaar? Dan kunt u bellen met de Spoedeisende Hulp, telefoon (0592) 32 52 78.

Huisarts

Bent u langer dan 5 dagen thuis na uw opname of ingreep en hebt u een vraag? Dan kunt u die stellen aan uw eigen huisarts.

mdl03 - mei 2024

• www.mlds.nl